
En lukt dat wel met dat reizen? Zitten we dan niet terug tussen de massa’s? Moeten we niet bekennen dat bij het reizen ook onzekerheid, stress en risico’s ons deel zijn? Die we juist wilden ontvluchten?Hebben wij onbewust de droom opgegeven van schoonheid en rust in ons eigen land telkens we de schoonheid gaan opzoeken die elders nog overgebleven is?
De droom opgegeven van de betoverende landschappen van onze schilders Valerius De Saedeleer en Emiel Claus? Hebben we ons eigen land verknoeid?
Zou het dan zo erg zijn niet meer naar die verre mooie plekjes te mogen vliegen?
Op de fietsroutes en fietsknooppunten kwam ik onvermoede mooie plekjes tegen die de vergelijking met de mooiste Ardeense uitzichten kunnen doorstaan.
De fiets kan helpen om de massa te mijden. Hij vergt de fysieke en mentale inzet die de massa ontbeert. Te voet ligt de lat nog hoger en dus de kans op onvermoede schoonheid en rust. Ooit het Ulrich Libbrecht pad in Zulzeke-Kluisbergen bewandeld? Als de boshyacinten in hun hemelsblauw ornaat staan?
In eigen land hoef je niet op de vakantieperiode te wachten, de weekends zijn beschikbaar. Geen stress met het reizen.
En tijdens de vakantie periode, als iedereen weg is, ervaar ik al jaren dat het voor de achterblijvers hier ineens heel rustig en gezellig wordt. Dezelfde vakantiesfeer als elders. Kosteloos. Het weer blijft Belgisch, maar elders kan het evengoed tegenvallen.
En er beweegt intussen al wat om het hier naar onze zin te maken: trage wegen, stiltegebieden, stilteplekken, fietsroutes, boerderijfeesten, open tuinen. Ik merk sedert kort mooie en geurige bloemen op onze landelijke wegenbermen doordat het maaisel afgevoerd wordt.